zelfgemaakte granola of krokante muesli

Nutty granola

Als gezond ontbijt eet ik graag volle yoghurt zonder suiker, met vers fruit en zelfgemaakte krokante muesli. In die van mij zitten extra veel noten en zaden. In cruesli uit de super zit veel toegevoegde suiker. Het zelf maken van granola is een leuk en dankbaar werkje. En met de (eventueel biologische) ingrediënten die je kiest heb je alles zelf in de hand. Het resultaat is altijd een groot succes en ook leuk om cadeau te geven.

Benodigdheden:

  • 150 gram ongebrande gemengde noten (hazelnoten, amandelen, walnoten bijvoorbeeld)
  • 150 gram havermoutvlokken, liefst grof
  • 25 gram sesamzaad
  • 25 gram zonnebloempitten
  • 25 gram pompoenpitten
  • 1 eetlepel kaneel (afgestreken)
  • 1/2 theelepel zout
  • 3 eetlepels kokosolie
  • 3 eetlepels ahornsiroop (maple syrup)
  • bakplaat, bakpapier

Verwarm de oven voor op 170 graden. Hak de gemengde noten, bijvoorbeeld met een keukenmachine. Hou je van grove stukken noot, hak dan kort met slechts enkele pulsen. Ik hou van fijne stukjes die zich goed verbinden met de havervlokken. Soms wil een enkele noot niet echt stuk. Die vis ik er dan nog even uit en hak ik apart.


Meng de droge ingrediënten in een grote kom: gehakte noten, havermoutvlokken, sesamzaad, zonnebloempitten, pompoenpitten, kaneel en zout. Warm en roer de kokosolie en de ahornsiroop enkele minuten in een steelpan, totdat de caramelgeur van de ahornsiroop vrijkomt. Olie en siroop mengen niet echt goed, maar dat is geen probleem. Giet het mengsel bij de droge ingrediënten en schep heel goed door.

Bekleed een bakplaat met een vel bakpapier. Het bakpapier blijft beter op zijn plek als je hier en daar op de bakplaat een klein beetje boter smeert. Verdeel het mengsel gelijkmatig met een spatel over de bakplaat. Bak in ongeveer 25 minuten in het midden van de oven. Elke oven is anders dus hou in de gaten dat het niet te hard gaat. Meestal begint de kaneel na 15 minuten te geuren en is een extra 10 minuten dan precies goed.

Laat de granola in de geopende oven helemaal afkoelen voordat je het in een pot overdoet. Het blijft meerdere weken, zo niet een maand goed in een afgesloten pot.

Variaties:

  • Voeg na de bereiding geroosterde kokosvlokken toe.
  • Voeg na de bereiding stukjes gedroogd fruit toe, zoals rozijnen, cranberry’s of abrikozen.
  • Vervang een deel van de kaneel door koek- of speculaaskruiden.

Geroosterde tomaten met halloumi

Halloumi is een stevige, zoute kaas die zich makkelijk laat grillen of bakken. Deze combinatie met couscous en frisse smaken van citroen, munt en tomaat is slank, vegetarisch en ook nog eens razendsnel op tafel.

Benodigdheden (1 persoon):

  • 125 gram kerstomaten
  • zout
  • peper
  • 3 eetlepels olijfolie
  • 1/4 groentebouillonblokje
  • 75 gram couscous (liefst volkoren)
  • 1/4 citroen
  • 125 gram halloumi
  • 1 takje munt

Verwarm de oven voor op 250 graden. Halveer de kerstomaten en verdeel ze over een ovenschaal of bakplaat, met de binnenkant naar boven. Bestrooi ze met weinig zout (de halloumi is al zout) en een beetje peper. Besprenkel de tomaatjes met 1,5 eetlepel olijfolie en rooster ze 10 minuten in de hete oven.

Los het groentebouillonblokje op in kokend water en bereid de couscous volgens de gebruiksaanwijzing. Bij mij was kort opkoken met 100 ml water en daarna 5 minuten laten nagaren met het deksel op de pan voldoende. Boen de citroen schoon en rasp de schil. Roer de citroenrasp en de couscous samen los met een vork.


Verhit een contactgrill of grillpan. Snijd de halloumi in dikke plakken, besprenkel ze met de rest van de olijfolie en grill ze ongeveer 1 minuut, zodat de kaasplakjes mooie grillstrepen hebben. Snijd de muntblaadjes in reepjes.

Verdeel de couscous over het bord. Schik de tomaatjes met alle olie en vocht ernaast of er overheen. Leg de halloumi grillplakken erbij. Garneer met de munt en eventueel nog wat extra olijfolie.

Variatie:

  • Rooster een paar tenen knoflook mee met de tomaten. Geroosterde knoflook wordt lekker zacht en bijna zoet van smaak.

Hartige taart met camembert en port

Dit kan op papier al niet mislukken. Wat kan er fout gaan met de klassieke combinatie van kaas, noten en uienconfituur? Zout en romig met een knapperig bittertje en wat kruidig zoet.

Het resultaat van deze vrij eenvoudige assemblage – meer is het niet – is een heerlijk hapje voor bij de borrel of een hartige taart voor vier. Serveer de taart lauwwarm met een groene salade met tomaatjes en een glaasje rode wijn of port.

Benodigdheden:

  • 1 rol quiche- en taartdeeg
  • 4 of 5 rode uien
  • 1 eetlepel boter
  • 2 eetlepels rietsuiker
  • 100 ml rode port
  • zout, peper
  • 1 camembert (250 gram)
  • 20 gram walnoten
  • 5 takjes tijm
  • lage taartvorm (doorsnee 30 cm.)

Haal de rol quiche- en taartdeeg uit de koeling. Snijd de rode uien in ringen. Fruit deze in de boter op middelhoge stand totdat ze lichtbruin beginnen te worden. Voeg de rode port en de rietsuiker toe en laat inkoken totdat het vocht is verdampt en de uien stroperig zijn. Breng op smaak met een beetje zout en wat meer peper. Laat afkoelen.


Verwarm de oven voor op 200 graden. Rol het taartdeeg met het bakpapier uit in een lage taartvorm. (Ik gebruikte een kromgetrokken crispplaat van de magnetron met de juiste diameter, dat werkte ook nog prima.) Knip het overhangende bakpapier rondom af. Prik de bodem hier en daar in met een vork. Verdeel de uien over de deegbodem. Snijd de camembert in plakken en leg die op de uien. Hak de walnoten grof en strooi die er overheen. Verdeel ook de tijm over de taart.

Bak de taart in 35 minuten gaar en goudbruin. Serveer bij voorkeur lauw. Een volledig afgekoelde taart wordt smakelijker als je hem heel even opwarmt in de oven.

Baskische pisto – nieuwe stijl!

Jaren en jaren geleden at ik Piperade in het gastvrije Franse Baskenland. Eenvoudig gemaakt van tomaten, paprika’s en eieren. Thuis kreeg ik zonder pimenton – gerookt paprikapoeder – de heerlijke smaak niet nagemaakt. Onlangs at ik Pisto in Spaans Baskenland. En daar had ik die smaak van jaren geleden weer terug.

Culinair historisch gezien is Pisto misschien meer een Spaanse versie van Ratatouille, omdat ook courgette wordt gebruikt. Het restaurant had het recept een nieuw jasje gegeven: de ingrediënten uiteen gehaald en anders samengevoegd. Een deconstructie van een traditioneel, bijna boers maaltje, dat zo als chic en licht hoofdgerecht niet misstaat.

Benodigdheden (2 personen):

  • 4 plakjes bladerdeeg
  • 3 eieren
  • 4 theelepels sesamzaad (wit en zwart)
  • olijfolie
  • 2 uien
  • 2 puntpaprika’s
  • 400 gram tomaten, ontveld
  • 1 kleine courgette
  • 3 tenen knoflook
  • 1/2 theelepel gerookt paprikapoeder (heet)
  • 1/2 theelepel gerookt paprikapoeder (zoet)
  • 1 theelepel suiker
  • 4 dunne plakjes Serranoham*

Begin met het bladerdeeg, omdat dat de langste bereiding nodig heeft. Laat de plakjes een beetje ontdooien. Verwarm de oven voor op 200 graden. Halveer de plakjes bladerdeeg en bestrijk ze met losgeklopt ei. Leg de ene helft op de andere (vier stapeltjes) en bestrooi er twee met het sesamzaad. Maal er een beetje zout overheen en bak ze op een licht geoliede ovenplaat in 25 minuten goudbruin.


Snipper de ui in blokjes van ongeveer 1,5 x 1,5 cm. Doe hetzelfde met de ontvelde tomaten en de courgette. Doe een stevige scheut olijfolie in een hapjespan en smoor de ui glazig op laag vuur. Voeg dan de paprika toe en zet het vuur middelhoog. Snipper de knoflook en voeg die toe. Roer niet teveel: een enkel bruin randje op de paprika of ui is juist lekker.

Verhit ondertussen een beetje olijfolie in een ruime koekenpan en bak de courgetteblokjes snel gaar op hoog vuur, zodat ze wat bruine randjes krijgen. Kruid het paprikamengsel met de twee soorten gerookt paprikapoeder (pas op met de hete versie: die is echt heet), zout en de suiker. Bak deze nog even mee en stoof dan de blokjes tomaat mee. Zodra dit mengsel meer een saus begint te worden, kunnen de courgetteblokjes erbij en mag het geheel op laag vuur nog even door stoven. Proef of er nog wat zout of suiker bij mag.

Bak van de overige twee eieren in een kleine koekenpan heel zachte spiegeleieren. De dooier moet heel en lopend blijven.

Zodra de bladerdeegplakjes klaar zijn kunnen de borden opgemaakt worden:

  • leg links op de borden de plakjes zonder sesamzaad
  • verdeel daarnaast de pisto
  • drapeer daar de plakjes Serranoham overheen*
  • leg de spiegeleieren er bovenop
  • dek af met de bladerdeegplakjes met sesamzaad

* laat de ham achterwege voor een vegetarische versie

Hummus met paprika

Paprikahummus is snel en makkelijk te maken en zoveel lekkerder dan de kant-en-klare smeersels uit de supermarkt. De E-nummers en de kunstmatige bindmiddelen ontbreken. En dat proef je! Het voordeel van zelf maken is ook dat je de hummus naar je eigen smaak kunt bijstellen. In deze hummus proef je het nootachtige van sesamzaad, het zoet van paprika, het zuur van citroen en het kruidige van komijn, knoflook en cayenne.

Benodigdheden:

  • 1/2 blik kikkererwten (120 gram uitgelekt)
  • 1 geroosterde paprika (pot)
  • 2 eetlepels tahin (sesampasta)
  • 1 eetlepel citroensap
  • 1/2 theelepel gemalen komijnzaad
  • 1/4 theelepel gerookt paprikapoeder (hot)
  • 1 teen knoflook
  • 1 theelepel zout
  • snufje cayennepeper
  • 1-2 eetlepels olijfolie
  • staafmixer of blender

Spoel de kikkererwten* af. Laat ze goed uitlekken. Knijp het vocht uit de geroosterde paprika en dep die goed droog met wat keukenpapier. Snijd hem in stukken.

Doe de kikkererwten in een blender of een hoge beker. Voeg de paprika, tahin**, citroensap, komijnzaad, gerookt paprikapoeder, gesnipperde knoflook, zout en cayennepeper toe. Pureer dit tot een net egale pasta. Voeg 1 eetlepel olijfolie toe en mix nog even. De hummus moet smeerbaar zijn, maar niet te dun.

Proef en voeg eventueel nog wat extra citroensap, cayennepeper of olijfolie toe. Serveer in een schaaltje met wat olijfolie er overheen en bestrooid met wat cayennepeper of paprikapoeder.

Deze hummus is heerlijk met een stukje flatbread of Turks brood, maar ook bij falafel of een couscoussalade.

* Kikkererwten uit blik kunnen nogal eens van smaak verschillen. Ik neem altijd die van een goed(koop) huismerk. De kikkererwten van een bekend A-merk vond ik in deze hummus helemaal niet lekker.
** Tahin gebruik je waarschijnlijk niet dagelijks. Als je de sesampasta met een schone lepel naar beneden drukt in het potje en er een klein scheutje olijfolie over giet, blijft het in de koelkast lang goed.

Zoete-aardappelpuree met gewokte spinazie

Dit vegetarische recept is zo kinderlijk eenvoudig. De combinatie van smaken is desondanks ge(s)laagd: een zoete en romige puree met een licht bittertje van de spinazie en een vleugje knoflook.

Benodigdheden per persoon:

  • 1 grote of 2 kleinere zoete aardappels
  • aluminiumfolie
  • 2 eetlepels crème fraîche
  • 1 eetlepel olie (bijvoorbeeld arachideolie)
  • 2 teentjes knoflook
  • 150 gram spinazie of wilde spinazie (gewassen)
  • zout, peper

Verwarm de oven voor op 180 graden. Pak de zoete aardappel(s) in met aluminiumfolie en leg ze in de oven totdat ze gaar zijn. Dit duurt 30 tot 45 minuten. Je kunt de aardappel ook poffen zonder aluminiumfolie. De schil kan dan wel openbarsten en er kan wat vocht uitlopen. Zet er dus een bakplaat of ovenschaal onder.

Laat de gare aardappel iets afkoelen. Verwijder de schil en prak het vruchtvlees in een kom met de crème fraîche en breng op smaak met een beetje zout en iets meer peper. Schep de puree op een serveerbord en zet deze terug in de nog warme oven.

Snij de knoflook in dunne plakjes. Verhit de olie in een wok of grote koekenpan en bak de knoflook 1 minuut mee. Voeg vervolgens de spinazie handje voor handje toe en schep om totdat de spinazie net geslonken is. Strooi er een beetje zout en peper overheen.

Verdeel de spinazie over de zoete-aardappelpuree, serveer en geniet. Verbazingwekkend lekker, toch?